Vanaf het eindstationnetje voert een looppad van ruim een kilometer je over de rivier naar het uitzichtpunt bij de grootste waterval in Iguazú. Je staat daar direct tegenover een onwaarschijnlijke muur water, die zo’n tachtig meter naar beneden stort. De kolkende watermassa is echt indrukwekkend om te zien en als je er te lang in kijkt ga je haast hallucineren. Verschillende wandelpaden voeren door het regenwoud naar de andere watervallen. Er is een keur aan planten, vogels en vlinders in het park, maar door de regen valt er weinig te zien. Morgen hebben we nog een kans. Hopelijk klaart het weer morgen een beetje op, zodat we nog een herkansing krijgen.
Het dorp bij de watervallen heet toepasselijk Puerto Iguazú en dankt zijn bestaansrecht vrijwel uitsluitend aan de watervallen. In het dorp zelf is niet veel te doen op een aantal hotel, restaurants en het busstation na. Het dorp ademt een Zuid Amerikaans sfeertje, met de typische rode aarde, tropische planten en een soort van shabbyness, die doet denken aan de dorpjes in Chili waar we tien jaar geleden waren. Een belangrijk verschil met tien jaar geleden: ook hier loopt iedereen met een smartphone over straat.